Hoe toevallig is wetenschap?

Euh-reka
Het geheim van succesvolle wetenschappers? Openstaan voor het onverwachte. Want hoewel de meeste ontdekkingen jaren labwerk en research vragen, komen sommige gewoon toevallig aan het licht. Daar is zelfs een term voor: serendipiteit — iets onverwachts bruikbaars vinden, zonder dat je ernaar zocht. Wij verzamelden vijf van die wetenschappelijke gelukjes’.
Toeval wetenschap

Penicilline

Nood aan vakantie; meer was er niet nodig om penicilline — de antibacteriële stof die aan de basis van de moderne antibiotica lag — te ontdekken. In 1928 nam de Schotse bioloog Alexander Fleming even een welverdiende pauze van zijn onderzoek naar stafylokokken. Toen hij terugkwam van vakantie merkte Fleming dat er een blauwgroene schimmel was ontstaan die de omringende bacteriën had gedood. De geboorte van het krachtige antibioticum penicilline.

Microgolfoven

Voor de toevallige ontdekking van de microgolfoven was een reep chocolade dan weer voldoende. Die had de Amerikaanse ingenieur Percy Spencer in zijn zak zitten toen hij in 1945 onderzoek deed naar radarsystemen. Toen hij een elektronenbuis testte, smolt de chocoladereep zo snel dat hij ook met andere etenswaren begon te experimenteren. Zo kwam hij tot de conclusie dat de energie van microgolven heel wat hitte kon creëren. Niet lang daarna patenteerde Raytheon, het bedrijf waarvoor Spencer werkte, de techniek voor de microgolfoven.

Röntgenstralen

Een van de grootste ontwikkelingen voor de medische wereld — de röntgenfoto — ontstond ook bij toeval. In 1895 botste de Duitse natuurkundige Wilhelm Röntgen plots op de (later naar hem genoemde) röntgenstraling. Hij was in de weer met een elektronenbuis en zag dat haar straling een fluorescerend scherm deed oplichten. Wat hij ook deed — de buis afdekken, de straling blokkeren, … — bijna niets hield de straling tegen. Toen hij er plots zijn hand voor hield, zag hij op het scherm zijn handbotjes verschijnen. Enkele weken later maakte Röntgen dan ook succesvol een foto’ van de hand van zijn vrouw. De techniek werd al snel opgepikt door medische instituten en onderzoeksafdelingen.

Aspartaam

Nog zo’n toevallige ontdekking was aspartaam, de kunstmatige zoetstof die haast 200 keer zo zoet is als suiker. Die werd per ongeluk ontdekt tijdens de zoektocht naar een medicijn tegen maagzweren. Onderzoeker James M. Schlatter, die in 1965 aan de slag was bij geneesmiddelenfabrikant G.D Searle, experimenteerde ervoor met aminozuren. Toen hij — niet volledig volgens de hygiëne- en veiligheidsvoorschriften — aan zijn vinger likte, proefde hij een intens zoete smaak. Het bleek om de verbinding tussen asparaginezuur en fenylalanine (ofwel aspartaam) te gaan. De stof mocht dan niet maagbeschermend werken, ze werd wel een groot succes toen ze de daaropvolgende jaren aan tal van light-frisdranken werd toegevoegd.

Post-it

Soms zijn ontdekkingen meer een mislukking dan een toevalligheid. Zo verliep het toch bij de kleefstof die aan de basis van de post-it lag. In 1968 deed de Amerikaanse chemicus Spencer Silver een poging om een nieuwe supersterke lijm voor 3M te ontwikkelen. Hij produceerde jammer genoeg een zwakke kleefstof die snel weer loste. De ontgoochelende uitvinding verdwijnt in een schuif en komt er pas enkele jaren later weer uit. Collega Art Fry, gefrustreerd omdat zijn bladwijzer steeds uit zijn boek glijdt, zoekt dan een kleefstof die geen sporen achterlaat en steeds opnieuw kan worden gebruikt. Terugdenkend aan Silvers ontdekking, stapt hij op hem af. Daaropvolgend creëren ze samen de sticky notes die we vandaag kennen als post-its.