Zeeslakken: de zeerovers van de oceaan

De stoerste onderwaterdieren? Dat moeten de zeenaaktslakken zijn! Ze zijn een geduchte vijand voor kwallen en zeeanemonen, omdat ze zich — anders dan anderen — niet laten afschrikken door hun tentakels en gif. Straffer nog: de slakken gebruiken dat gif zelfs in hun eigen voordeel.
Glaucus

Zeeanemonen kunnen zich niet snel uit de voeten maken als er een vijand op hen afkomt. Ze vertrouwen daarom op hun tentakels vol giftige netelcellen. Ook kwallen zijn daarmee gewapend. Deze netelcellen zijn net een kleine capsule met een opgerolde, holle draad binnenin: een giftig harpoentje’. Bij een prikkel (bv. een aanraking) schiet de draad met grote kracht naar buiten en doorboort hij de prooi. Het gif dat dan vrijkomt, kan de prooi verlammen of doden. 

Deze straffe beschermingsmethode houdt bijna alle zeeroofdieren op afstand. Bijna alle, want sommige zeenaaktslakken zijn wel tegen het gif bestand.

Eerst eten

Nudibranchia of zeenaaktslakken hebben, net als hun tegenhangers op het land, geen schelp. Toch hebben ze vaak een indrukwekkend uiterlijk, met dank aan hun levendige tinten — van vrolijk paars, over helder blauw tot fluorescerend oranje. Maar laat je niet misleiden door dat frivole uiterlijk. Sommige zeenaaktslakken zijn gevreesde zeerovers, die — zonder verpinken — jagen op de door andere zeeroofdieren gevreesde kwallen en anemonen, en deze — met netelcellen en al — verorberen.

Hoe de slak erin slaagt de netelcellen te eten zonder er last van te hebben? Er komen korrels vrij uit de cellen in het voorste deel van hun spijsverteringsstelsel. Die vormen een beschermende laag, waardoor de slak lekker verder kan knabbelen.

Dan stelen

Aangezien de zeenaaktslak dakloos’ is en zich niet in haar huisje kan terugtrekken ter verdediging, besluit het weekdier de netelcellen niet zomaar te verteren, maar ze nuttig in te zetten. Dat doet de slak door de harpoentjes op te slaan in speciale zakjes. Komt ze in de toekomst in gevaar? Dan vuurt ze de gestolen netelcellen gewoon af — alsof het wapen altijd al het hare was.


Bronnen: