




Gekke pingpongbal
Wat heb je nodig?
- glazen fles
- water
- pingpongbal (zonder blutsen, mooi bolvormig)
- bak of schaal om eventueel water dat je morst op te vangen

Aan de slag!
Stap 1: Zet de fles in de schaal en vul de fles tot aan de rand met water. De fles moet echt helemaal vol zijn: het water moet quasi overlopen.
Stap 2: Leg een pingpongbal op de teut van de fles.
Stap 3: Neem de fles vast en hou een vinger op het balletje. Draai de fles ondersteboven. Haal voorzichtig je vinger van het balletje.


Wat gebeurt er?
De pingpongbal lijkt tegen het flesje water te blijven plakken.
Indien dit niet zo is: probeer het opnieuw. Misschien was het flesje water niet tot de rand gevuld of misschien heb je het flesje te snel of te traag omgedraaid.
Hoe zit dat?
Rond ons zit lucht. We kunnen de lucht niet zien, maar die onzichtbare lucht drukt naar alle kanten. Als je de fles met het water en het pingpongballetje omdraait, dan drukt de lucht dus ook opzij en langs onder op de pingpongbal. Die lucht drukt zelfs harder op het balletje dan het water in de fles erboven.
Niet enkel de kracht van de lucht houdt het balletje op zijn plaats. Ook het water en het plastic pingpongballetje plakken een beetje aan elkaar. Dat komt doordat de waterdeeltjes en de plasticdeeltjes elkaar aantrekken.